Bij de feestelijke viering van het 60-jarig bestaan van de Goede Ree realiseren veel dorpsgenoten zich waarschijnlijk niet dat het de bedoeling is om volgend jaar dit gehele complex te slopen. De plannen waren om hier woningen te bouwen, maar in het huidige bestemmingsplan is alleen de bevoegdheid opgenomen om de bestemming te wijzigen.
Door de huidige ontwikkelingen in de nieuwbouw lijkt woningbouw nu niet meer zo voor de hand liggend. Omdat niemand op het risico van een braakliggend terrein zit te wachten is het goed ook andere mogelijkheden in de plannen te betrekken.
Het pand is uit 1951, door de ramp pas in 1953 in gebruik genomen. Later is het nog uitgebreid. Het is een goed voorbeeld van de bouw uit de wederopbouwperiode en bevat een aantal kleurige glas-in-lood ramen.
De ruime ligging in open groen was bij de bouw, toen aan de rand van het dorp, een overgang naar het buitengebied. Door de uitbreiding van het dorp ligt het nu veel centraler, wat de ruimte en het groen hier een extra waarde geeft. Volbouwen van dit terrein leidt tot ruimtelijke verarming.

Men kan zich afvragen of sloop hier wel de beste keus is, nog afgezien van de kapitaalvernietiging die nu eenmaal met sloop gepaard gaat. Er is een toenemende vergrijzing, meer alleenstaanden en een toenemende vraag naar zelfstandig wonen met enige zorgbehoefte. Is het dan geen idee om het hoofdgebouw van de Goede Ree aan te passen aan deze wensen?

Bij het vroegere RSG-pand (voormalige HBS) hebben we kunnen zien wat er met uiterlijk beperkte aanpassingen mogelijk is om een pand een nieuw leven te geven met behoud van de ruimtelijke en cultuurhistorische kwaliteiten. Hergebruik van leegkomende panden past ook goed in het streven naar een duurzame samenleving.

Er ligt hier een uitdaging voor de gemeente, een projectontwikkelaar of een woningbouwvereniging! Wie durft?

Stichting tot Bescherming van het Dorpsgezicht.